Audio Archeologie

 

‘Archeologie’, zo leert ons de Van Dale, is ‘kennis en studie van culturele overblijfselen uit oude tijden’. Hierbij denk je in eerste instantie niet aan audio, aan geluid, maar eerder aan piramiden, oude verdedigingswerken, vuistbijlen en vuursteen krabbers. Maar ook geluid uit oude tijden is onder ons. Immers, de uitvinding van de fonograaf – het instrument waar voor het eerst opgenomen geluid mee kon worden gereproduceerd – dateert van 1877. Grofweg vanaf 1900 dringt ‘ingeblikt geluid’ in de huiskamers door. Al is dit geluid dan nog niet zó oud, net als de bovengenoemde zaken uit de (pre)historie vormt het onderdeel van ons cultureel erfgoed. Net als dat héél oude materiaal verdient ‘oud geluid’ het om geconserveerd en bestudeerd te worden.

 

Kennis is nodig om verantwoord met dit historisch materiaal om te springen en om tot een optimale geluidskwaliteit te te komen. Zoals een archeoloog een middeleeuwse schoen weer anders benadert dan een terracotta pot, zo vraagt iedere vorm van geluidsdrager weer een andere aanpak. Om het origineel zo goed mogelijk hoorbaar te maken moeten zoveel mogelijk details van de opname bekend zijn.

 

Materiaalkennis is nodig om verantwoord te kunnen reinigen en om een inschatting te kunnen maken in hoeverre (verder) verval van het materiaal te verwachten is. Technische gegevens van de opname moeten zo goed mogelijk worden getraceerd. Wij streven naar een wetenschappelijke aanpak. Wij beschikken met dit doel over een omvangrijke bibliotheek waarin veel historische vakliteratuur en vele tijdschriften, maar ook hedendaagse geschriften met betrekking tot het conserveren en restaureren van geluid. In samenwerking met de Stichting Geschiedenis Geluidsregistratie beheren wij een collectie historische opnameapparatuur. Dit is leerzaam. Als je weet hoe 't is gemaakt kun je beter weten hoe het af te spelen. Natuurlijk hebben wij voor dat doel moderne apparatuur beschikbaar. Veder is er onze ervaring.

 

Wij zijn geen conserveringsfabriek. Zorgvuldig, ambachtelijk, met belangstelling, liefde voor het vak en respect voor de technici en artiesten van weleer benaderen wij het materiaal. Een juiste naaldaanpassing of sporentechniek en kopstand moet worden gekozen. De juiste frequentiekarakteristiek moet worden toegepast. Jengel, voor zover dit kan, weggenomen. Het is vooral een kwestie van luisteren, maar soms ook weten, en waar de kennis (nog) ontbreekt ... zoeken.

 

Geluid uit het verleden komt tot ons op allerlei geluidsdragers. Grammofoonplaten, wasrollen, magneetband, draad ... enzovoorts. Zelfs voor de minst verspreide systemen streven wij ernaar apparaten paraat te houden om u van dienst te kunnen zijn.

 

Het overzetten van geluid, meestal (maar niet noodzakelijk) van analoog naar digitaal, roept vragen op. 'Conserveringsethiek', zou je kunnen zeggen. Moet er worden geconserveerd of ook worden gerestaureerd? In het eerste geval wordt één op één gekopieerd naar een nieuwe geluidsdrager en wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de eisen die restauratie en conservering in de toekomst zullen stellen. In het tweede geval worden ruis en tikken zoveel mogelijk weggehaald. De toepassing van het geluid die de klant in gedachten heeft bepaalt dit meestal. Uiteraard geven we graag advies.

 

Een aardig voorbeeld van onze aanpak vindt u op deze site, het verslag over de restauratie van de ‘Hobbel collectie’ voor het Nederlands Instituut voor de Tropen.

 

Prijsopgave vestrekken wij u graag, liefst na kennis te hebben gemaakt met u en uw materiaal.